‘Dit is toch een beetje de universiteit van de crazy dingen’
Bestuursvoorzitter Robert-Jan Smits heeft het naar zijn zin bij de TU/e en in Eindhoven. ‘Dit is toch een beetje de universiteit van de crazy dingen’
De Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) is het kloppend hart van de Brainportregio. De instelling voorziet de hightech industrie van het broodnodige technische talent. Op zijn beurt investeert het bedrijfsleven in onderzoekers en studenten. Bestuursvoorzitter Robert-Jan Smits wil ook de stad graag op de TU/e-campus binnenhalen. “Het is mijn droom om de campus te integreren in de stad. Dat we in het weekend hier mensen zien omdat de universiteit één groot living lab is.”
Op de dag van het interview fietst Robert-Jan Smits met onder anderen de wethouders Stijn Steenbakkers en Mieke Verhees rond de Fellenoord in het centrum van Eindhoven. Op deze ‘ínternationale Knoop XL’ wil de gemeente in de komende twintig jaar duizenden woningen bouwen waardoor het aantal bewoners groeit van 200 nu naar 15.000. De voorzitter van het College van Bestuur van de TU/e is enthousiast over het plan. ”Ik vind het mooi dat wij worden betrokken bij de ontwikkeling van Knoop XL. Ik heb gezegd: zorg ervoor dat er een geleidelijke overgang komt van de campus naar de Knoop. Creëer op de grens startup scenes, bouw studentenwoningen. Wij blijven laag en groen terwijl Knoop XL de hoogte ingaat. Ik droom ervan dat mensen van ver komen kijken wat hier gebeurt. Dat het hier levendig is, één groot living lab, en niet meer de elitaire campus die het nog een beetje is. Wij zijn een internationale universiteit die volledig is verankerd in de regio. Eindhoven based. Dat blijft zo. Met zo’n achtertuin als de onze zou je wel gek zijn om het elders in de wereld te zoeken.”
BUSLADINGEN
Robert Jan is Smits is bijna viereneenhalf jaar verbonden aan de TU/e. Zijn termijn is in het voorjaar met vier jaar verlengd. In die tijd is hij Eindhoven-fan geworden: ,,Het bruist hier. Ik heb het hartstikke naar mijn zin.” De Brabander van geboorte (Waalwijk) is weer thuis, zegt hij, na jaren in Brussel als directeur-generaal Onderzoek en Innovatie van de Europese Commissie. Waar hij als baas van een strak geregelde organisatie tachtig miljard euro verdeelde over de beste onderzoekers, universiteiten en bedrijven voor het vinden van oplossingen voor maatschappelijke problemen. Dus was het even wennen om in Eindhoven leiding te geven aan ‘een beetje een anarchistische universiteit’ waar iedereen zijn eigen gang lijkt te gaan. Maar toen de kans zich voordeed om bestuursvoorzitter van de TU/e te worden aarzelde hij geen moment, verklaart hij. “Ik had al zoveel in Brussel gehoord over het hele ecosysteem hier, de samen- werking tussen overheid, bedrijfsleven en de kennisinstellingen, daar wilde ik deel van uitmaken. Vanuit Brussel gingen busladingen op bezoek in de Brainportregio om te kijken wat hier allemaal gebeurt.”
PASSIE
Hij kwam terecht in een andere wereld, geeft hij toe. “Maar ik geniet enorm van het jonge talent hier. De passie van de jonge mensen, de drive. Dan denk ik vaak: hoe was ik op die leeftijd? Ik vermoed dat ik meer aan het uitzoeken was waar het volgende feestje was dan wat zij hier doen: pitchen, voor het studententeam geld binnenhalen. startups verder ontwikkelen. Prachtig dat mensen helemaal idolaat zijn van hun project en daar zo aan werken. Die passie is een kracht maar ook een zwakte. Het gaat vaak om het individuele en niet altijd om het collectief. Dat vond ik lastig toen ik kwam.
Aan de andere kant is de TU/e toch een beetje een universiteit van de crazy dingen, stelt hij: ,,Een voorbeeld, we hebben een windtunnel om de aerodynamica van auto’s en gebouwen te testen. Een Vlaming runde de windtunnel. Hij was helemaal gek van wielrennen. Binnen de kortste keren kwamen renners als Dumoulin, Vingegaard, Van Aert en Vos hier hun aerodynamica testen. Als je iets te krom of te recht zit, dat scheelt seconden. Vingegaard won vorig jaar de Tour de France en gaf ons een getekend shirt. Dat vind ik typisch TU/e. Studententeams die auto’s bouwen en prijzen winnen. Naar Antarctica gaan. Een robotteam dat wereldkampioen voetbal wordt. Dat is wel het leuke van deze universiteit. Alles is mogelijk. Wij denken outside the box en geven ruimte aan creativiteit.”
THUIS
De TU/e trekt op met Fontys en Summa College, twee andere grote onderwijsinstituten in Eindhoven. Binnen de studententeams wordt samengewerkt. De universiteit zet in op innovatie. Robert-Jan ziet vooral kansen om de innovatie te versnellen. De samenwerking met het bedrijfsleven leverde een nieuw centrum van Thermo Fischer voor elektronen microscopie op én een cleanroom die ASML gaat bouwen op de campus, een investering van 300 miljoen euro. Er gaan duizend mensen van ASML werken.
Dat was de grote klapper, vertelt hij enthousiast. ”Dat is Brainport.
De handen uit de mouwen steken. Samenwerken. Gunnen. Ontdekken. De saamhorigheid. Als andere partijen toch niet leveren, zoals het kabinet nu, gaan wij gewoon door. Met elkaar. Wij willen niet afhankelijk zijn van wat Den Haag doet of beslist. Dat is voor mij typisch die Brainport- én Brabantse mentaliteit waarvoor ik ben gekomen en waarbinnen ik mij thuis voel.”
BEHOEFTE
Het bedrijfsleven verlangt inmiddels een heel ander type ingenieur dan vijftien jaar geleden, weet hij. “Ze vragen om een ingenieur die problem solving kan werken, die kan communiceren en in een team kan functioneren. 82 Procent van onze Nederlandse studenten vindt hier meteen een baan, en blijft. Van de internationale studenten is dat 67 procent. Dat is heel bijzonder. Dat komt door ons achterland, maar ook door ons onderwijssyteem te koppelen aan het bedrijfsleven. Studenten lopen stage en doen projecten en hebben al contact met de bedrijven. Er is grote behoefte aan internationaal talent, zeker in deze regio. Wij zijn bereid te groeien, het aantal studenten te verdubbelen, als de overheid meewerkt.”
DE INTERNATIONALE TU/E IN CIJFERS
De TU/e is een van de grootste internationale werkgevers in de regio. In totaal telt de universiteit zo’n 5.800 internationals (studenten & medewerkers) op een totaal van 13.000 studenten, verdeeld over 93 (!) nationaliteiten. Een kwart van de studenten is internationaal (29% bachelor, 19% master). 1.851 studenten zijn afkomstig uit EU, 1.310 van buiten de EU.
Top-5 van nationaliteiten (na Nederlands):
- Roemenië 359
- China 295
- India 278
- Turkije 222
- Bulgarije 219
Van het wetenschappelijk personeel (WP) is 52% internationaal (in 2012 was dit 39% en de groei zet door). Het betreft promovendi, post-docs, universitair (hoofd)docenten en hoogleraren. De grootste aantallen zit bij promovendi. 912 WP medewerkers zijn afkomstig uit de EU, 1.510 niet-EU, op een totaal van 4.688 WP. Onder het WP zijn 103 (!) nationaliteiten actief (107 op het totale personeel). Er zijn 61 internationale hoogleraren. Het ondersteunend en beheerspersoneel telt ook nog zo’n 250 internationale medewerkers.