Column Mathilde: Feest mee!
Met een aantal roeivriendinnen vlogen wij naar Ankara, al weken uitkijkend naar het speciale moment: de trouwerij van onze Turkse vriendin Simge. Een aantal maanden geleden vertelde zij ons, na de wekelijkse training, dat zij toch weer terug zou gaan naar haar moederland Turkije en zou gaan trouwen met Ufuk, die zij al lang kende. Hoewel zij als international een leven had opgebouwd in Eindhoven, een mooie baan had als engineer bij DAF, werd het gemis van haar cultuur en familie te groot. Haar thuis bleek toch Turkije.
De bruiloft maar ook het bezoek aan Ankara werden voor ons een onvergetelijke ervaring. Terugkijkend vraag ik mij af wat het bezoek zo bijzonder maakte: de moskee met mozaïek en het zachte, turquoise tapijt, het mausoleum van Atatürk, het eten, de parken? Natuurlijk was ik onder de indruk van de verbintenis tussen Simge en Ufuk, maar wat echt op mij de meeste indruk maakte was het verbonden voelen met onbekenden zonder dat je elkaars taal spreekt. Veel inwoners van de miljoenenstad bleken geen Engels te spreken, wij spraken slechts 10 woorden Turks. Het feit dat wij probeerden ons uit te drukken in de taal van het gastland zorgde behalve voor hilariteit vooral voor verbinding. Een van de eerste woorden die wij leerden waren ‘merhaba’ en ‘güle güle’ (hallo en tot ziens) en deze bleven wij vrolijk herhalen bij iedereen die wij tegenkwamen. Ons zeer gebrekkige Turks resulteerde in direct contact.
Taal verbindt, maar juist ook de pogingen om de vreemde taal te spreken leiden tot connectie. De ontvanger van de boodschap maakt het niet uit of je fouten maakt maar waardeert dat je moeite doet. Je kunt elkaar soms ook met een paar woorden begrijpen. Ook oprechte interesse tonen in de cultuur en manier van leven brengen je dichterbij elkaar. In de oude stad gingen wij van de schoenmaker naar de honingverkoper, van het naaiatelier naar de bekendste koffiebrander van Ankara. Wij keken onze ogen uit en lieten onze bewondering voor de ondernemers blijken die met veel warmte en trots werd ontvangen. Soms probeerden oudere Turken op straat spontaan een gesprek met ons aan te knopen; zij hadden als gastarbeider in Nederland gewerkt en wilden graag vertellen waar en bij welk bedrijf. Non-verbale communicatie werkte trouwens ook. Bij de ingang van de moskee werd onze lichte tegenzin om een hoofddoek te dragen opgemerkt en mochten wij ongesluierd naar binnen. Om hulp vragen of gewoon een vraag stellen zorgen ook voor verbinding. Een buschauffeur bracht ons spontaan naar de juiste bus, een voorbijganger nam ons in haar lunchpauze mee naar het beste baklava adres van de stad.
Op het bruiloftsfeest dompelden wij ons nog meer onder in de Turkse cultuur. Er werd gegeten, gepraat, gediscussieerd maar vooral gedanst op traditionele Turkse muziek en wij dansten mee, aangemoedigd door de Turkse gasten. De dansvloer was het gras, het uitzicht was Ankara, Simge en Ufuk waren het stralende middelpunt. Even dacht ik aan onze internationale cursisten, zo moet dat ook voor hen zijn. Ze zijn vreemdeling in een nieuwe cultuur, in Nederland, in Eindhoven. Hoe ga je je dan thuis voelen? Ik zou zeggen... spreek Nederlands, al zijn het maar 10 woorden. Stel vragen, vraag om hulp, leer over de cultuur en vooral: feest mee. Ook de Nederlanders staan open voor verbinding.