Vluchten uit Oekraïne, aarden in Eindhoven

| Ailén Gamberoni

Elena en Olga verwelkomen ons vriendelijk in hun huis, een woning beheerd door Springplank040 en gedeeld met twee andere vluchtelingen. De plek is idyllisch, omringd door het groen van het park Stratumse Heide en een prachtige zonnige dag. Een scenario dat sterk contrasteert met het verhaal dat we gaan vertellen over deze twee vrouwen, vluchtelingen uit Oekraïne.

Elena Chop begint te spreken met grote waardigheid en melancholie. “Ik maak deel uit van de internationale gemeenschap. Ik koos Eindhoven als bestemming om mijn levensstijl ingrijpend te veranderen, weg van familie en geliefden, en me aan te passen aan de lokale cultuur.”

Het is ondenkbaar voor mij of een van ons om in de schoenen te kunnen staan van deze twee sterke en lieve vrouwen. Soms moeten we even pauzeren vanwege diepe emoties. Ondertussen kijkt Elena’s moeder, Olga Teslenko, naar me, en glimlachen we naar elkaar, gebruikmakend van de enige gemeenschappelijke taal om zonder woorden te communiceren. Wanneer zijn jullie in Eindhoven aangekomen? “In april 2022. We woonden in Kharkiv, de op één na grootste stad in Oekraïne, dicht bij de Russische grens. Toen de oorlog begon dachten we dat het snel voorbij zou zijn, maar voor de zekerheid verhuisden we naar het westen van het land. Maar de situatie werd elke dag ingewikkelder. We wilden het niet accepteren, maar begonnen na de eerste schok te begrijpen dat deze oorlog pas aan het begin stond en niet aan het einde. Toen drong mijn zoon - die besloot in Oekraïne te blijven - erop aan dat we naar Nederland gingen, naar Eindhoven, een stad die hij goed kende omdat hij er vaak kwam en er erg van hield. We wilden niet vertrekken, maar hij had gelijk dat we hier vriendelijke en vredelievende mensen zouden vinden.

Worden jullie geholpen en voelen jullie je gesteund?
“Mensen zijn vriendelijk, en zelfs voor mijn moeder is hier blijven belangrijk. Alle mensen steunen ons. We zijn met de auto gekomen en brachten maar weinig spullen mee; we hebben van de vrijwilligers gekregen wat we nodig hadden. De buren en de gemeente stonden ons moreel bij over alles zoals bureaucratie, huisarts en medicijnen. Na een paar maanden kregen we in tien dagen tijd een BSN-nummer, een bankrekening en een zorgverzekering. Ik heb als vrijwilliger gewerkt in een verpleeghuis, waar ik wandelde en sprak met ouderen met dementie. Toen ik een baan vond moest ik stoppen. Ik begon bij Primark, werkte daarna in de logistiek. Ook al had ik veel meer kunnen doen, werken en onafhankelijk zijn is geweldig; ik voel me veiliger en rustiger.”

‘Ik wil hier geen wortels schieten; ons thuis wacht op ons’

Wat doen jullie in jullie vrije tijd?
“We reizen in het weekend, ontdekken nieuwe plaatsen. Vorige week zijn we naar Den Bosch geweest. We hebben hier vrienden uit Oekraïne, en we gaan samen zwemmen. En met mijn moeder geniet ik ervan om in het stadscentrum een goede cappuccino te proeven of een uitstekende pizza bij L’Azzurro. Ze houdt van Italiaans eten. Dat biedt haar troost.”


Wat voor mening hebben jullie gevormd over dit gebied?
“Ik heb veel gereisd, maar dit was de eerste keer dat ik in Nederland was. Ondanks dat dit land ons volledig heeft gesteund, vind ik het moeilijk om de cultuur te accepteren. Ik hou van openheid. Ik communiceer graag in het Engels. Mensen hier zijn erg democratisch, en ik ben dan ook blij dat ik geen obstakels ben tegengekomen bij de bureaucratie.”

Hoe voelen jullie je hier te leven als vluchtelingen?
“Het is ook moeilijk voor mij om mezelf als vluchteling te beschouwen. Ik kon altijd wereldwijd voor mijn plezier reizen, maar ben nu geen toerist, immigrant of expat. Ik wil hier geen wortels schieten; ons thuis wacht op ons. We zijn diep dankbaar, maar kunnen niet wachten dat de oorlog eindigt en we kunnen terugkeren naar ons. Helaas is dat op dit moment niet het geval. We moeten ons schrap zetten en wachten.”

 

We nemen afscheid met een lange omhelzing, waarbij ik het enige woord zeg dat ik ken in het Russisch: Spasibo. Dank je.
 

Foto door: Eddie Mol